Als je niet meer in staat bent om zelf voor een toereikend inkomen te zorgen, kan je een beroep doen op het OCMW. De maatschappelijk werker gaat na of je voor financiële steun in aanmerking komt. Je krijgt mogelijks een leefloon of een andere tegemoetkoming.
Leefloon
Wat en voor wie?
Het leefloon is een gewaarborgd inkomen.
Je kan aanspraak maken op een leefloon als je geen inkomen hebt en als je niet in staat bent om iets aan deze situatie te veranderen.
Als je een inkomen hebt dat lager is dan het bedrag van het leefloon, kan je vragen om het verschil bij te passen, zodat het bedrag van je inkomen gelijk is aan het bedrag van het leefloon.
Voorwaarden
Je hebt recht op een leefloon indien je voldoet aan de volgende voorwaarden:
1. werkelijke verblijfplaats
Jouw werkelijke verblijfplaats is in België.
2. nationaliteit
- Je hebt de Belgische nationaliteit
- Je bezit het statuut van erkend vluchteling of subsidair beschermde
- Je bent staatloos
- Je bent als vreemdeling ingeschreven in het bevolkingsregister
3. leeftijd
- Je bent meerderjarig
- Je bent minderjarig maar ontvoogd door het huwelijk, zwanger of je hebt een kind ten laste
4. inkomen
Je beschikt niet over een inkomen of je inkomen is lager dan het bedrag van het leefloon.
5. bereid zijn om te werken
Je bent bereid om te werken tenzij jouw gezondheid of jouw specifieke situatie dat niet zou toelaten.
6. je rechten laten gelden
Het leefloon is het laatste sociale vangnet. Pas als je werkelijk al het mogelijke hebt gedaan om op een andere manier aan een inkomen te geraken (vb. via een werkloosheidsuitkering, een tegemoetkoming aan personen met een handicap…), heb je recht op een leefloon.
Procedure
Je vraagt het leefloon aan bij de sociale dienst van het OCMW.
De sociale dienst doet een sociaal onderzoek om na te gaan of je aan alle voorwaarden voldoet. Hiervoor moet je alle nodige informatie geven: identiteit, je gezinssamenstelling, het bedrag van jouw inkomsten en van de mensen waarmee je samenwoont, je bezittingen …
Na het sociaal onderzoek krijg je het leefloon van het OCMW al dan niet toegekend.
Als je een leefloon ontvangt, wordt een GPMI of 'Geïndividualiseerd Project voor Maatschappelijke Integratie' opgemaakt. De opmaak van het GPMI gebeurt in onderling overleg en er wordt rekening gehouden met jouw wensen en noden, maar ook met de mogelijkheden van het OCMW.
Bedrag
Het bedrag waarop je recht hebt, wordt bepaald op basis van jouw familiale toestand. Er bestaan drie categorieën:
- Samenwonende: je woont samen met iemand met wie je de uitgaven voor het huishouden (huur, energie, enz.) deelt. Dat hoeft niet noodzakelijk jouw partner te zijn.
- Alleenstaande: je woont alleen
- Samenwonend met gezinslast: je hebt minstens één minderjarig kind ten laste
Het exacte bedrag van het leefloon kan je raadplegen op de website van de Vlaamse Overheid.
De vermelde bedragen zijn maximumbedragen. Alle eigen bestaansmiddelen worden verrekend.
Financiële steun
Naast het leefloon kan er ook financiële hulp geboden worden bij onvoorziene uitgaven of omstandigheden.
Rekeninghoudend met het inkomen en de aard van de bijzondere uitgaven kan het OCMW dan een bepaalde financiële tussenkomst toekennen.
Het OCMW kan diverse vormen van financiële steun toekennen:
- tussenkomst in de huishuur
- verwarmingstoelage
- stookoliepremie
- betaling van mutualiteitsbijdrage
- tussenkomst in medische kosten
- tussenkomst in verblijfskosten van bejaarden in woonzorgcentra
- ...
Ook wanneer je wacht op een uitkering (leefloon, pensioen, stempelvergoeding), kan je onder bepaalde voorwaarden voorschotten vragen aan het OCMW.